Het boek gaat over Jochem, een jongen die gepest wordt omdat hij dik is en niet voor zichzelf opkomt. Iedere dag wordt hij gepest en steeds door hetzelfde clubje: Sanne, Remco en Justin. Veel kinderen uit de klas zijn er tegen maar durven Sanne, Remco en Justin niet aan te spreken omdat ze bang zijn dat ze dan zelf worden gepest. En de gymleraar van de klas en hun mentor, Tino, maakt het Jochem niet gemakkelijker. Tijdens de gymlessen praat hij steeds over Jochem die zwanger is. Uiteindelijk wordt het Jochem te veel en besluit hij een eind te maken aan zijn leven. Iedereen is ongerust als de moeder van Jochem naar school belt om te zeggen dat Jochem na de klassenavond niet is thuis gekomen. Iedereen vreest het ergste. Als David hem gaat zoeken samen met Nienke, de enige vriendin die Jochem had, vinden ze Jochem ’s tas in het meer. Later wordt ook Jochem ’s lichaam in het meer gevonden. Iedereen van de klas is zwaar geschokt, want ze wisten niet dat het pesten zo erg was. Later richt de schoolkrant redactie een rubriek op voor kinderen op alle middelbare scholen in heel de stad. En het lukt! Ze openen nu zelfs een soort van kindertelefoon voor gepeste kinderen. Toch kan David het niet uithouden. Hij gaat nog regelmatig naar de plek waar Jochem ’s lichaam is gevonden en dan huilt hij. Op een dag ziet hij Tino , hun mentor en gymleraar. Hij houdt witte bloemen vast hij huilt en zegt: ’Jochem het spijt me zo ik heb het nooit zo bedoeld ik zal er alles aan doen om een betere gymleraar te worden en dit soort dingen te voorkomen echt waar, alsjeblieft Jochem vergeef me. ’Dan legt Tino de witte bloemen neer in het meer en die drijven langzaam weg.